Betaal publieke (dames)wc’s met toeristenbelasting

Ontwerp Krul 2.0

De Amsterdamse binnenstad telt 35 plaskrullen voor mannen. In het weekend komen daar nog eens 40 plaskruizen bij. Voor vrouwen zijn er twee of drie plekken. Uitbreiding van het aantal openbare damestoiletten loopt telkens stuk op de centen. De Krul 2.0 biedt een oplossing. Die moeten er snel komen, en kan simpel bekostigd worden door de geplande verhoging van de toeristenbelasting.

Het antwoord op de vraag waarom er niet meer openbare damestoiletten zijn, is ontluisterend. Peter-Paul Ekker, woordvoerder van de gemeente Amsterdam in Het Parool: Er heeft ‘nog nooit iemand naar de gemeente gebeld met de vraag voor meer openbare toiletten voor vrouwen’. Maar er is, volgens hem, wel een grote kans dat er binnenkort over gesproken gaat worden.

Dus eerst moet je bellen voordat er wat gebeurt. Vervolgens wordt er over gesproken. Althans, die kans is groot. Dat is toch diep treurig. Want als we daar op moeten wachten heb je het al lang in je broek gedaan.

Sanisette
Een vogelvlucht door de geschiedenis van de damestoiletten in Amsterdam maaSanisette Parijskt niet vrolijk. In de jaren ‘80 keerde een speciale urinoircommissie positief gestemd terug uit Frankrijk. De sanisette – niet weg te denken uit het Parijse straatbeeld – kon weleens dé oplossing zijn voor het sanitair seksisme in Amsterdam. De sanisette stelde vrouwen eindelijk in staat ‘openbaar’ te plassen. Tegen betaling van twee kwartjes krijgt de bezoeker toegang tot een zelfreinigende toilet met fonteintje, wc-papier, handdoekjes en een spiegeltje. Zodra je na het wassen van de handen het straattoilet verlaat, stopt de muziek en schakelt de computer de elektronische interieurverzorgster in. De proef stopte in 1985. Het entreegeld verdient de hoge exploitatiekosten niet terug. De gemeente moest er geld op toeleggen en de sanisette verdween weer uit het straatbeeld.

Wildplassympasium
Het bleef tobben. In 1997 organiseerde de gemeente Amsterdam een heus symposium. Onder meer horeca en politie brachten samen het wildplasprobleem in het centrum van Amsterdam in kaart. De aanbevelingen tuimelden over elkaar heen: de politie moet vaker bekeuren bij een ‘heterdaadje’, boetes omhoog. Er moeten krullen bij en toiletvoorzieningen voor dames en heren in combinatie met telefooncel, kaartverkoop voor openbaar vervoer en VVV-kantoor. Meer plaskruisen, stenen plashellingen en toch ook weer sanisettes moeten er komen. Plus verbodsborden, wegwijzers naar de pisbakken, en voorlichting op scholen.

Plasgenot 
Een aantal proefprojecten ging van start. Zo kwam er een zelfreinigende krulurinoir op de Wallen, een plaskruis op de Vijzelgracht en een bewaakte toiletwagen voor dames en heren op het Rembrandtplein. Vooral de laatste oplossing was een groot succes. Dames waren opgelucht. Maar het plasgenot was van korte duur. De ‘visuele belasting’ van het al zo kleine Rembrandtplein telde voor de gemeente zwaarder dan de overlast van de wildplasser.

Lady P.
Eind jaren ‘90 leek er even een frisse wind op te steken op het sanitaire damesfront. De Nederlandse industrieel ontwerper Marian Loth ontdekte dat 90% van de vrouwen contact vermijdt met de toiletbril in openbare gelegenheden, en het dus ‘zwevend’ gebruikt. Zij ontwierp de Lady P. Dit urinoir heeft wat weg van de variant voor heren, maar met een langer en spitser opvangbekken. Lady P. heeft Amsterdam nooit bereikt.

Urilift
En toen bleef het heel lang stil op het gebied van publieke sanitaire voorzieningen voor dames. Pas een jaar geleden kwam de Urilift Combi op de markt. Deze bestaat uit twee urinoirs voor mannen en een wc-pot in een afgesloten ruimte voor vrouwen. De verzinkbare urinoir rijst uit de grond op zodra de zon ondergaat.

.Urilift Combi op de Dam

Begin 2016 werd de Urilift met afsluitbaar vrouwengedeelte geïntroduceerd in Amsterdam. Wel een primeur. Want Amsterdam heeft de eerste vrouwenurinoir ter wereld. Dat dan wel weer. Maar de Urilift is een dure zaak. En het bleef tot nu toe bij die ene op de Dam.

Krul 2.0
Recent ontwierp het Amsterdamse bureau Studio Selva op eigen initiatief een nieuw openbaar toilet: de Krul 2.0. Ze keken hoe een voor iedereen toegankelijke wc eruit zou kunnen zien.

Krul 2.0 ontwerpArchitect Johan Selbing: ‘Het sluit op die manier aan bij de bestaande, eenvoudige, maar voor Amsterdam zo kenmerkende krullen. Dat wil zeggen: niet alleen voor mannen en vrouwen, maar ook rolstoeltoegankelijk en uitgerust met een verschoontafel’. Eerder tekende hij het meubilair voor het Vondelpark. De toiletten die hij voor het park ontwierp, werden uiteindelijk om financiële redenen afgeschoten. ‘We hebben daarom een technisch eenvoudig ontwerp gemaakt, wat de kosten beperkt’, vertelt Selbing. De Krul 2.0 is iets groter gemaakt en heeft een roestvrijstalen wc, een dak, een deur en aan de buitenkant een wastafel annex drinkfontein.

Toeristenbelasting
Ook Selbing benadrukt dat door de toename van toeristen in de binnenstad er een grotere behoefte aan openbare toiletten is ontstaan. Je zou inderdaad denken dat tegenover alle inkomsten die Amsterdam aan haar bezoekers verdient er toch wel meer mag staan dan twee of drie openbare damestoiletten. Een beetje wereldstad beschikt op z’n minst over even veel openbare heren- als dameswc’s.
En als het dan nog steeds een centenkwestie blijkt, is dat binnenkort met de verhoging van de toeristenbelasting ook opgelost. Kortom, er staat de Krul 2.0 niets meer in de weg.

Lees ook mijn blog  Zeikwijven, hoge nood en de plaskrul.

’t moet wel lekker zitte

Een moment voor jezelf in een kamertje apart.
Op een groene, gele, Delfts blauwe of een in het zwart.
Met een ronde of vierkante bril, een gleuf of een gat.
Omringd door tegeltjes, in hurkzit of op een toiletpot met een mat.
Of liever toch maar op een moderne zwevende witte.
Een ding is zeker: ’t moet wel lekker zitte.

(Heel vrij naar Annie M.G. Schmidt)

Zie jij een mooie, kom maar door met je vondst. En stuur je exemplaar naar info@lordstoiletblog.nl

Optimaal toilet(ruimte)gebruik

Morsig noemde mijn oude baas het. Bij morsen dacht ik altijd aan knoeien met eten of drinken. En niet aan de stad en haar ruimtegebruik.
Amsterdam zit klem. Alle ruimte binnen de gemeentegrenzen is bestemd. Dus moeten we slimmer omgaan met de beperkte vierkante meters die de stad telt. Amsterdam mag niet morsig zijn met haar ruimte.

Hoger, dieper, of dubbel
Meer stad maken binnen de bestaande mogelijkheden, daar komt het eigenlijk op neer. Amsterdam kan de hoogte in. Maar zeker binnen de ring is dat niet echt een optie. De andere kant op – ondergronds bouwen – biedt ruimte. Of een andere oplossing: meervoudig grondgebruik. Ofwel hetzelfde grond- of wateroppervlakte gebruiken voor meer dan één doel. Zoals een parkeergarage onder de gracht, de school die ’s avonds als gemeenschapshuis wordt gebruikt, of zonnepanelen die tegelijkertijd dienen als afdak en parkeerplek.

Slimme oplossingen 
Met mijn collega’s bij ruimtelijke ordening zochten we voortdurend naar voorbeelden van slimme oplossingen voor een beperkte ruimte. Die zoektocht laat me niet los. Zelfs niet op de wc.

Beide foto’s hierboven gaan over dubbel grondgebruik en over (niet) morsen met water. Links (Zuid-Frankrijk 2016) een voorbeeld van optimaal toiletruimte-gebruik en ook nog eens ecologisch verantwoord. Het fonteintje neemt geen extra plaats in en het water wordt hergebruikt om de wc door te spoelen.

Op de foto rechts is het fonteintje ook nog eens een bloemenvaas. Knap lastig om in de scherpe hoek je handen te wassen. De bloemen maken het wel weer vrolijk.

Mijn beeldbank
Hierboven nog meer voorbeelden hoe de (wc) ruimte goed benut kan worden: als toilet annex wachtruimte voor bezoekers (links), als toilet en bieropslag (midden) of als garderobe en berging voor de paella-pan (foto rechts).

Heb jij een mooi exemplaar voor mijn beeldbank, stuur ‘m vooral.

Over zeikwijven, hoge nood en de plaskrul

Christien Zuidweg (links) en Suzan Heere (rechts) in Zeeuwse klederdracht bij krul-urinoir in Amsterdam (foto: Jac van Belzen)

Zul je altijd zien ben ik als enige echte toiletblogger net op vakantie en dan breekt de pleuris uit op het front. Wat kan ik nog toevoegen aan het publieke debat over wildplassen, openbare buiten-wc’s voor dames en plaskrullen? Juist: een beeld en een beeld en nog een beeld.

Dat ziet toch iedereen. Dat is geen doen daar op je hurken, terwijl de hele wereld je kukeleku kan zien. Geerte Piening is natuurlijk een held. Het is niet niks om bekend te staan als wildplasser en – letterlijk en figuurlijk – als zeikwijf. Met succes vocht ze de wildplasboete aan om aandacht te vragen voor het gebrek aan openbare damestoiletten. Wat meehielp was de uitspraak van de Amsterdamse kantonrechter: ‘Als vrouw kun je ook in een urinoir plassen. Het is misschien niet prettig, maar het zou wel kunnen’.

In de hurkende positie bied je voorbijgangers een vrije blik op je blote billen. Een nadeel. Noor Spanjer in Vice

Onder welke tegel heeft deze rechter gelegen? Want ook dat zie je toch zo: het urinoir is een echt mannending. En de krul, een ontwerp uit 1916 van Joan van der Mey – een leerling van architect Eduard Cuypers en één van de aanvoerders van de Amsterdamse Schoolstijl – is een museumstuk. Waar je alleen maar naar moet kijken. En dan ook nog van een afstandje. Want van de stank word je niet vrolijk. Daar wil je zelfs als man niet in.

Overigens is de eerste krul na verloop van tijd aangepast aan de veranderende behoeften. Er werd gezorgd dat er licht naar binnen valt op de ‘waterplaats’ en dat men van buitenaf kan zien of er zich personen in bevinden. Zodat de agent ‘de aldaar gepleegde tegennatuurlijke ontucht’ beter in de gaten kon houden.
Dus eigenlijk is de krul een vrouwonvriendelijk museumstuk, en van oorsprong ook nog eens homo-onvriendelijk.

En als je denkt dat het in bovenstaande stenen exemplaar – dicht van onder – prettiger toeven is. Ik kan je verzekeren: de stank is daar aan de Oudezijds Voorburgwal niet minder. Het door Allard Remco Hulshoff ontworpen urinoir werd in 1926 gebouwd tegelijkertijd met het toenmalige stadhuis, geheel in de stijl van de Amsterdamse School. Met op het dak een beeldhouwwerk van Hildo Krop.
Dit museumstuk gaat zeker nooit plaats maken voor een vrouw-vriendelijke toilet. Want in 2001 werd het aangewezen als rijksmonument.

Voor wie echt heel hoog nodig moet – en zich over de stankoverlast en het bekijks heen kan zetten – is er de handige app hoge nood.  Ik zou wel een plastuit en luchtververser meenemen.

Meer lezen over wildplassende vrouwen en meer foto’s bekijken? Kijk op actie zeikwijf.

Hoog en laag: iedereen poept

Poep is een onderwerp dat bij uitstek gebruikt wordt om de aandacht te vestigen op de gelijkheid van mensen. Hoog en laag moeten er aan geloven. Daarin is verwantschap met het spreken over de dood, schrijft Michael Elias in zijn artikel Het scheelt veel wie er poep zegt voor het tijdschrift Medische Antropologie.

Geen onderscheid
Ik herinner me dat ik als kind vaak bedacht dat de koningin ook gewoon naar de wc moet. Iedereen doet het: daar wordt geen onderscheid in gemaakt. Maar praten er over is weer een hele andere kwestie.

Zwijgen over poep
Elias verkent in zijn artikel hoe er in onze cultuur over poep gesproken, geschreven en gezwegen wordt. Soms hoef je het er inderdaad helemaal niet over te hebben. Met een passage uit Godfried Bomans’ Memoires van Pieter Bas illustreert hij dat mooi.

“Anna, ‘die nog bij meneer zelf gediend had’, stond er op dat wij alle vier op de po gingen. Want, zoo meende zij, een Christenmensch kon niet slapen als niet alle ‘kwaje stoffen’ d’r uit waren.” Wat volgt is een beschrijving van de “kleine ceremonie” waaraan Pieter en zijn drie broers werden onderworpen:

Derhalve werden er vier po’s op een rijtje tegen de muur geplaatst, de gebroeders Bas zetten zich er op, en keken elkander gespannen aan. Want het was zaak wie hem het eerste ‘eruit’ had. Had iemand hem het eerste eruit, dan stapte hij zegevierend in bed, en wachtte op de volgende winnaar. En samen vuurden zij de twee achterblijvers aan om ‘zich niet te laten kennen’; en deze twee keken elkander met roode gezichtjes aan, vastbesloten zich tot het uiterste te geven. Die arme Jozef! Hij verloor altijd, en wanneer de een na de ander in het bed kroop, en hij eenzaam op de vloer zat te steunen, kreeg ik wel eens medelijden met hem. Dan richtte ik mij op, en riep:
“Hoe ver?”
“Bijna”, klonk het dan ernstig terug.
Goede Jozef! Maar soms werd hij beloond.
“Kom’s allemaal kijken” riep hij dan opgewonden.
En wij vlogen gedrieën het bed uit, want“ die van Jozef waren niet mis”. En wij bezagen het werk met de oogen van kenners die weten wat de prijs is, en zeiden dat het een “knaap” was, terwijl de gelukkige eigenaar met een dankbaar lachje de hulde in ontvangst nam.

Michael Elias was mijn leraar Nederlands op de middelbare school. We hebben het er nooit over gehad. Maar vast en zeker heeft hij mijn liefde voor literatuur beïnvloed.

Welke broek past jou?

Het is vaak kiezen in het leven. Ga je rechts, of links. Naar de dames of de heren? Wat dat betreft is het genderneutrale toilet een uitkomst.

Hoewel de aanduiding daarvan nog wel een dingetje is. Laatst beluisterde ik op het toilet van de Stadsschouwburg Amsterdam de volgende dialoog. Zij: “Oh, sorry. Is dit de heren? Ik dacht dat het de dames was.” Hij: ”Nee, ’t is tegenwoordig voor genders”. Waarbij hij de g als een harde  Amsterdamse g van ‘getver’ uitsprak.

Bovenstaande aanduiding met het gehalveerde mensje hangt in de Stadschouwburg. Hoe het onderste deel van de gebruiker er uitziet is niet meer relevant.

Het all gender toilet van de Stadschouwburg is overigens de omgebouwde heren. De urinoirs zijn nu afgeschermd met klapdeurtjes. Maar iedereen is nu welkom om gebruik te maken van de toiletten. Mannen met jurken. Vrouwen met broeken. Types met broekrok. Allemaal welkom.

De Engelse aanduiding ‘all gender restroom’ klinkt al heel wat vriendelijker dan ‘genderneutraal toilet’. Elise van Alphen van het Transgender Netwerk Nederland (TNN) merkte recent op in Het Parool dat ‘genderdivers’ een betere term is. “Genderneutraal veronderstelt dat je iedereen in dezelfde mal kunt duwen. Het gaat er juist om de ruimte te bieden voor de diversiteit die er in werkelijkheid al lang is.”

Het veel gebruikte beeld van het half mannetje/half vrouwtje is ook niet echt neutraal. Het suggereert een derde geslacht. Een nieuw hokje.

Wat dat betreft komt de tekst ‘We don’t care’ al veel meer tegemoet aan die diverse wereld. Want het maakt helemaal niet uit wie of wat je bent of hoe je je plas doet. Als je het maar droog houdt. Dat heet vooruitgang!

Japanse High Tech WC-brillen

In Japan hebben de toiletten zoveel knoppen dat je gewoon niet weet wat je er mee moet doen en waar je moet beginnen. Ook het Japans helpt niet mee. Een knop om je af te wassen, te drogen, een massagefunctie, een knop om weg te spoelen. Zelfs muziek behoort tot de mogelijkheden door een druk op de knop. Zelfs de temperatuur van de bril kan geregeld worden.
Ook discussies over de wel of niet naar beneden doen van de bril spelen in Japan niet. Na afloop gaat de bril vanzelf naar beneden. En ben je onzeker of de bril wel naar beneden is, dan bestaat er nog een app op je telefoon waarmee je dat op afstand kunt regelen.

Over wc-brillen gesproken. Toch weer even terug naar Frankrijk. Onderstaande uitvoering van het klassieke hurktoilet is beslist briljant in zijn eenvoud. Daar is geen woord Japans bij.  Het zit vast comfortabeler dan in de hurkzit, maar blijft wel wat spartaans in het gebruik. Per slot van rekening moet je toch weer alles zelf doen.

Met dank aan mijn nichtje Ankie voor de Japanse toiletfoto’s.

WC’s: een serieuze zaak

Op een rij: de hipster composttoilet, een chique poepdoos verborgen in een ladekast en de natuurtoilet in de kersenboomgaard.

De tijd van de poepdoos en de beerput ligt helemaal nog niet zo ver achter ons. Pas in 1906 werd gestart in Amsterdam met de aanleg van een rioolstelsel. Het middel in de strijd tegen de ziekte-epidemieën die er toen regelmatig waren. En het duurde zelfs tot eind jaren ’80 voordat er niet meer geloosd werd in de grachten.

Een tegelplateau – onderdeel van het gangenproject in de Willemsstraat – herinnert aan de slechte leef- en woonomstandigheden in de Jordaan tot aan begin twintigste eeuw. In beeld wordt gebracht hoeveel Amsterdamse woningen een privaat met of zonder waterspoeling hadden. Het merendeel beschikte slechts over een poepdoos zonder rioolaansluiting. De beruchte boldootkar haalde eens per week de poepemmers op.

Maar al is dan hier de poepdoos verleden tijd – nog steeds zijn er ruim 2,6 miljard mensen op deze aarde die niet beschikken over zelfs maar de meest basale structuur om op een waardige manier hun dagelijke behoefte te kunnen doen.

Onlangs pleitte onze koning voor de aanleg van wc’s en riolering als het meest effectieve medicijn tegen water-gerelateerde ziektes. Tot zijn schaamte bekende hij op 30 april mee te hebben gedaan met een wedstrijdje wc-potten werpen. ‘Het is niet te rijmen met het feit dat een groot deel van de wereldbevolking geen toegang heeft tot wc’s’, zei hij op een bijeenkomst over duurzaamheid.

Het watercloset is een serieuze zaak.

Mannetjes of vrouwtjes

Is het een dame in een jurk met puntkraag of een mannetje met stropdas? Of hebben we te maken met een gender-neutrale toilet waar iedereen welkom is. In broek of jurk, met of zonder snor. Soms is het best lastig om uit te vogelen waar de heren of de dames is.

Je moet vaak eerst de ander zien voordat je snapt waar je moet zijn. De ‘heren’ bestaat bij de gratie van de ‘dames’, en andersom. Of om met Cruijff te spreken: Je gaat het pas zien als je het doorhebt.

L’urinoir c’est de l’art

De Fountain van Marcel Duchamp was een industrieel vervaardigd urinoir – liggend gepresenteerd en gesigneerd met “R.Mutt 1917”. Duchamp zond het anoniem in voor een expositie in New York. Men nam de inzending niet serieus en zag het als een belediging van de organisatie van de expositie. Het werk werd geweigerd. Bijna honderd jaar later, in 2004, werd het kunstwerk door een panel van vijfhonderd kunstkenners verkozen tot invloedrijkste kunstwerk van de 20ste eeuw.
Ofwel kunst heeft soms wat tijd nodig om herkend en erkend te worden. Hieronder de publieke toilet in Poreč, Istrië. Misschien duurt het nog even, maar het is beslist een kunstwerk.

CD5B8F09-F74F-47A4-A88A-4D5E4A858196.JPG

 

Verboden te plassen!

Vieze wc’s en natte brillen. Niemand houdt daarvan. Dus worden mannen opgeroepen om erin en niet naast de pot te plassen. Maar ook hierin komen culturele verschillen om de hoek kijken. In Colombia doen ze het met een vriendelijk verzoek (midden boven). In Nederland altijd een tikkeltje moralistisch. ‘Wat u niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook onze wc-pot niet’ (rechtsonder).
In Duitsland zijn ze streng. Hier wordt niet staand geplast, zitten is het devies. En soms wordt er ook nog eens gedreigd met het publiceren van opnames op internet, zoals in de waarschuwing hieronder. Daar wil je wel even bij zitten.

IMG_0528

Een moment van contemplatie

Mijn toiletblogs staan ook voor reflectie op de alledaagse werkelijkheid. Want zeg nu eerlijk: als er al schoonheid is te ontdekken in de wereld om ons heen, is het daar – in dat kleine kamertje – toch wel het moment om er over na te denken. Dit bezoek leent zich bij uitstek om te reflecteren op wat ons zo al bezig houdt, en wat ons omringt. Even pas op de plaat maken. Niet voor niets is een oud Nederlands woord voor toilet: het gemak. Hoeveel mensen nemen het er niet van op die plek. Lekker even relaxen met de krant. Een moment van contemplatie – ook zo’n mooi woord. Het is fijn als die ruimte waar je zo vaak in doorbrengt ook een beetje een aangename plek is… en er ook daar schoonheid te bespeuren valt.

Vier foto’s ter inspiratie: links het toilet als open podium waar iedereen zijn of haar bijdrage kan leveren (meest links, een studentenhuis in Nijmegen en daarnaast homodisco De Trut), rechts daarvan: de prachtige fotocollage op het toilet van café Saarein. Helaas verloren gegaan bij een verbouwing.

Waar is de heren?

Op zoek naar een toilet laatst bij Van der Valk Voorschoten kwam ik een foto van John en Jackie Kennedy tegen. Nog even daar gelaten of je je kunt identificeren met de voormalige Amerikaanse president en zijn First Lady. In ieder geval was het zeker dat zich achter de linker deur de pisbak bevond. En dat was belangrijk, want met hoge nood moet je niet lang hoeven nadenken en ook nog eens raadsels moeten oplossen.

In de lobby van een hotel in Colombia kwam ik op zoek naar aanwijzingen voor de toilet de volgende tekens tegen: een sleutel op de ene deur en een sleutelgat op een andere. Welke neem je dan? Waar identificeer je je mee? Met de sleutel of het gat? De sleutel steek je ergens in. En het sleutelgat daar moet wat in. Heb ik als man de sleutel in handen? En wil ik me als vrouw zien als een gat waar iets in moet?
Niet alleen seksistisch. Want het degradeert vrouwen tot een gat en mannen tot een pik.  Het degenereert ons mensen ook nog eens tot slechts een voorkant. Laten we het dan nog simpeler maken en ons beperken tot onze achterkant. We gebruiken alleen het sleutelgat! Dat is ten minste genderneutraal.